Ga naar hoofdinhoud

Over korte lontjes bij onszelf en anderen – en hoe je hiermee kan omgaan

Hoe komt het dat we in deze tijden een kort(er) lontje hebben? Dat we sneller boos worden?

De coronapandemie heeft ervoor gezorgd dat we nu al langer dan een jaar ‘binnen’ zitten en alleen ‘buiten’ mogen of anderen kunnen zien onder strikte voorwaarden. Dat dat voor velen van ons zwaar begint te wegen is een understatement.

Allerlei gevoelens zijn bij ieder van ons al de revue gepasseerd. Van onzekerheid, verrassing en angst in het begin, naar ergernis en frustratie nu het zo lang duurt en we onze vrijheid en autonomie wel heel erg beginnen missen. Ook het gemis aan contact met andere mensen is er natuurlijk, niet via een scherm maar écht, dichtbij anderen kunnen zijn.

Gevoelens van frustratie, onzekerheid, onmacht en boosheid kunnen ertoe leiden dat we boos worden naar anderen. En dat we van anderen – in onze bubbel, op straat, in de winkel, op het werk, … – ook wel eens een felle reactie krijgen. Dat kan maken dat we ons nog gefrustreerder en bozer gaan voelen. Soms kan het zo sterk in ons en anderen opborrelen dat het wel lijkt alsof we het niet meer in de hand hebben, dat een spreekwoordelijke druppel de frustratie-emmer kan doen overlopen.

Boosheid, frustratie en ergernis zijn gevoelens die ons een signaal geven over wat we belangrijk vinden en wat we missen: contact, vrijheid, verbinding, samenwerking, plezier, spelen, … Omgaan met onze en anderen hun boosheid kunnen we door de gevoelens en de noden die er oorzaak van zijn, ruimte te geven en te laten zijn.

Ook fysiek maken sterke gevoelens soms dat er een kleine kortsluiting komt in ons hoofd waardoor we impulsief en niet meer doordacht reageren. Voor we het weten ontsnappen soms uitspraken als: “ook voor u geldt de anderhalve meter” of “stop eens met dat eeuwigdurend geklaag en doe er iets aan” of “heb je niets beters te doen dan rond te hangen en je rommel te laten slingeren” of …

Gelukkig kan het anders. We hebben steeds de keuze in hoe we ons uiten en hoe we reageren op de boosheid van anderen. Reageren we met oordelen en verwijtende taal of reageren we met empathie en de-escalerende taal? Volgende tips kunnen je helpen om met empathie en de-escalerende taal te reageren.

Tips voor als je zelf boosheid voelt opkomen:

  1. Stop en haal adem.
  2. Wees je bewust van wat je tegen jezelf vertelt waardoor je nog bozer wordt. Bijvoorbeeld: “dat kan nu toch echt niet dat hij zo negatief over mij spreekt.”
  3. Ga – als dat kan – even weg uit de situatie door bijvoorbeeld te zeggen “we hebben het er straks over.”
  4. Ga in jezelf na wat je boos maakt. Bijvoorbeeld: ik heb zo’n nood aan rust of aan ruimte of respect of … Erken dat deze behoefte belangrijk voor je is.
  5. Zeg wat je wilt zeggen in een “ik omdat ik” zin. Bijvoorbeeld: “ik zou het fijn vinden dat we even een pauze nemen omdat ik nood heb aan rust en ruimte.”

Tips in het omgaan met de boosheid van anderen:

  1. Haal adem.
  2. Reageer niet meteen op wat de ander doet of zegt (vermijd snelle escalerende reacties en strijd).
  3. Stel een “jij omdat jij”  vraag aan de ander. Bijvoorbeeld: “ben je zo boos omdat het voor jou allemaal veel te traag gaat?”

***

Deze bijdrage werd geschreven door Mariet Ghaye.

Back To Top